Wegkijken Heeft Zijn Grenzen: Tijd voor Eerlijke Blik op Veiligheid
Het is een belegen maar nog altijd leuk grapje als je met een groepje toeristen door een bezienswaardig gebied rijdt: ‘Als u hier naar rechts kijkt, ziet u links niks’.
Hier moet ik aan denken wanneer ik de verslagen lees over de vreselijke gebeurtenissen van de avond van 7 november in Amsterdam, en over de persconferentie van het gemeentebestuur op 8 november daarna. Er wordt terecht gesproken over relschoppers en criminelen, en over antisemitisch geweld. Eén keer komt de uitdrukking ‘pro-Palestijnse’ relschoppers naar voren, verder valt de naam ‘Palestina’ alleen bij het verbranden van een Palestijnse vlag door Maccabi-supporters.
Het valt mij opnieuw op, hoezeer er over de geweldplegers in algemene termen wordt gesproken. Dat nog niet alle 62 aangehouden verdachten volledig gescreend zijn kan ik me voorstellen, maar er zou toch intussen een indruk moeten zijn ‘uit welke hoek de wind waait’.
Ik hoop dat we het ooit zullen horen. Ik vrees echter dat ook en zelfs nu na deze vreselijke ‘Jodenjacht’ de identiteit van de betrokkenen onder het tapijt zal worden geveegd.
En het is niet dat ik de mensen die Pro-Palestina zijn, de moslims, de allochtonen in het algemeen aan de schandpaal zou willen nagelen. Daar heb ik totaal geen behoefte aan. Maar de joodse mensen, nee: álle mensen, heel de bevolking van Amsterdam en van ons land, wij allemaal dus, hebben er wel recht op te weten uit welke hoek het gevaar komt. Dan kunnen wij ons er ten minste op instellen, dan kunnen de verantwoordelijken er ook iets aan doen.
Tot nu toe kijkt men echter weg, zo lijkt het. Zelfs het Nationaal Centrum voor Terrorismebestrijding en Veiligheid zag geen gevaar. Je zou toch denken dat déze mensen voldoende ingevoerd zijn in de spanningen die in ons land leven, en enig inzicht hebben in de risico’s die het spelen van een Israëlische voetbalploeg in Amsterdam met zich meebrengt.
Maar het NTCV kijkt, wanneer het om terroristisch gevaar gaat, al jaren eenzijdig naar de rechterzijde van ons politieke spectrum. Net als bij de AIVD liggen rechtsdenkende mensen, politici en anderen, telkens onder een vergrootglas, als zou het gevaar voor democratie en rechtsstaat van díe kant komen.
Maar als je constant naar rechts kijkt, zie je links niets. En zo verkeren extreemlinkse organisaties en bewegingen al jaren buiten het zicht van onze veiligheidsdiensten. En ook het gevaar uit extreem-islamitische hoek wordt blijkbaar nog steeds onderschat.
Vanwaar dit wegkijken? Is het naïviteit? Kun je dat naïef zijn nog volhouden wanneer er al jarenlang gewaarschuwd wordt voor deze blinde vlek? Of worden deze waarschuwingen nog altijd genegeerd omdat zij geuit worden door rechtse mensen, die ‘nu eenmaal’ beschouwd worden als racistisch, fascistisch, islamofoob, en die je dus niet serieus hoeft te nemen?
Het wordt tijd dat men deze eenzijdige blik naar rechts als het om veiligheid gaat eindelijk eens loslaat. Dat men stopt met het wegkijken, en ophoudt met het ‘onder het tapijt vegen’ van de realiteit.
‘Het wordt tijd’, schrijf ik. Eigenlijk ben ik van mening dat het al veel te laat is. Het monster van het antisemitisme is binnengelaten en is reeds lang onder ons. En daar blijft het niet bij. Ik vrees dat na en naast de Joodse bevolking ook de homo’s steeds meer gevaar lopen in ons land en in Europa. En dat ook de christenen niet buiten schot blijven. Honderden kerkbranden in Frankrijk per jaar, en ook in Amsterdam-zuidoost onlangs, zijn hiervan een veeg teken.
Ja, ieder ook seculier westers denkend mens moet tegenwoordig op zijn hoede zijn met wat hij zegt of schrijft. Verantwoordelijken in regering, gemeentebesturen en veiligheidsdiensten kunnen niet langer zeggen ‘we hebben het niet voorzien, we hebben het niet geweten’. Aan hen de taak het kwaad aan te wijzen, te duiden en eindelijk eens werkelijk aan te pakken.
Ook al is het te laat.
Ds. Ron.